Monday, April 4, 2011

Week 10/11/12: Nieuw Zeeland - Hink, Stap, Sprong!

Een kleine toelichting is op z'n plaats. Voordat we aan onze reis begonnen wisten we al dat Zuid-Amerika het hoofddoel zou worden. De eerste weken in Azie waren lekker om in te komen, wennen aan het reisritme in een reisvriendelijke omgeving, de Hink. Daarna even bijkomen van het onderhandelen in de briljante natuur van Australie en Nieuw-Zeeland, de Stap. Om uiteindelijk perfect voorbereid aan onze ultieme reisbestemming Zuid-Amerika te beginnen, de Sprong.

Australie had eigenlijk net iets teveel van ons uithoudingsvermogen gevergd. De rit van Perth naar Melbourne was ons niet in de koude kleren gaan zitten en we zijn tamelijk vermoeid in NZ aangekomen. Reizigers mogen niet klagen, dit zijn luxeproblemen, we weten het, maar toch. Voor het begrip, want dit heeft onze keuzes in NZ mede bepaald.

Als je komt aanvliegen snap je meteen waarom Lord of the Rings in NZ is opgenomen. De natuur is overweldigend, de kleuren net iets feller dan je gewend bent en het licht maakt alles nog scherper. Queenstown was de eerste bestemming, onderin het Zuidereiland. Het stadje staat bekend om z'n extreme adventure mogelijkheden en dat is overal goed zichtbaar. Op elke straathoek kun je een bungeejump boeken en overal zie je shirts van mensen die net met zo'n 200 km/u uit een vliegtuig zijn gevallen. Voordat wij uberhaupt over iets dergelijks konden nadenken, moesten wij eerst een belangrijkere knoop doorhakken, busje of auto. Ondanks een zeer scherp aanbod van Wicked Van hebben we uiteindelijk voor het comfort van de auto en de hostels gekozen. Even geen campings meer voor deze twee luxepaarden. Blij met onze Nissan Tiida zijn we de tweede dag naar Glenorchy gereden, een "postcard perfect" plaatsje vlakbij de Milford Sounds, het berg- en fjordengebied onderin het Zuidereiland. Het weer kan hier ook in de zomer vrij snel omslaan, dus Steph heeft even de "Willy warmer" van possumbont geprobeerd. Tevens kon hij zich in "Merino-Mekka" uitleven en heeft hij voor de gure dagen een nieuw Icebreaker vest gekocht. Beetje boven budget, maar het gaat een leven lang mee, zeggen ze. Golfen kun je uitstekend in NZ en in de buurt van Queenstown, aan de voet van het bekende skigebied Remarkables, ligt een van de mooiste banen van het land, Jacks Point. Doordat Steph net een vest had gekocht zat de greenfee er niet meer in, maar hij heeft wel een paar hele mooie foto's kunnen nemen..

De volgende bestemming was Mount Cook, de hoogste berg op NZ. Dit was een rit van slechts drie uur, dus al veel beter dan we gewend waren van Australie. En ook meteen een duidelijke richting voor onze tijd in NZ, want door deze kant op te gaan hebben we bewust (en letterlijk) de Frans Jozef en Fox gletsjers links laten liggen. Hier naar toe gaan zou weer lange autoritten betekenen en de wetenschap dat we later in Patagonie ook de kans krijgen om gletsjers te zien maakte het een makkelijke keuze. Onderweg zijn we langs de eerste bungeelocatie van NZ gereden en ze weten hier wel hoe je iets dergelijks moet opzetten. Modern gebouw, state of the art equipment en pompende muziek naast karakteristieke, oude loopbrug over een ravijn/rivier zo'n 50 meter diep. Diep moest je ook in je portomonnee graven, dus een bakkie troost later zaten we weer in de auto. Mount Cook is indrukwekkend, mede door de ligging aan een azuurblauw meer. We hadden geluk dat het helder weer was, waardoor we prachtige foto's hebben kunnen nemen. De Maori naam voor de berg is Aoraki wat "cloud piercer" betekent, dus de weersomstandigheden zijn er wel eens anders. Vanuit het hostel in Mount Cook village hebben we die middag een mooie hike bergop gemaakt. Sil in haar karakteristieke zig-zag stijl (silly-saggy) en Steph immer-gerade-aus om de conditie een beetje op peil te houden. Weer terug beneden wilde Sil zo snel mogelijk naar de bar en Steph nog een rondje om de berg (Governors Bush walk, beschermd stuk bos op de berg). Later bij de borrel bleek dat we onafhankelijk gelijktijdig dezelfde gedachten over wonen in de stad hadden gehad. We laten jullie nog wel weten hoe die waren :) 's Avonds hebben we de zalmmoot die we 's middags bij een zalmfarm hadden gekocht bereid en de rest van de hostelkeuken jaloers gemaakt. Daarna vroeg naar bed en oordoppen in, omdat we in een dorm met vier anderen sliepen, waaronder een snurkende Aziaat. Steph is die nacht overigens nog wakker geworden op de badkamervloer en waarschijnlijk flauwgevallen door een combinatie van te snel opstaan in het pikkedonker en oordoppen die zijn evenwichtsorgaan beinvloeden. Of zoiets..

De volgende dag zijn we naar Lake Tekapo, dat in de buurt van Mount Cook ligt, gereden. Wederom een mooie rit en onderweg nog een paar Merino schapen tegengekomen. In het hostel, een houten lodge aan het meer, hadden we onze eigen cabin en weer wat meer comfort. De sfeer was erg relaxed en we hebben een paar mooie gesprekken met andere reizigers gehad. Sil was met een gezellige Spaanse in gesprek geraakt waar het mee klikte en het was leuk om naast de standaard reisonderwerpen ook over persoonlijkere dingen te praten. De trekking die we de volgende ochtend gemaakt hebben ging langs het meer heuvel op, uiteindelijk richting astronomisch observatiecentrum Mount John, dat bekend is door de locatie waar de heldere omstandigheden ideaal zijn voor dit soort activiteiten. Redelijk uitgeput van deze toch zijn we 's middags naar de enigszins tegenvallende alpine springs, natuurlijk zwembaden, gegaan. Het was goed warm water in plastic zwembaden en daar is alles wel mee gezegd.

Na Lake Tekapo en de bergen zijn we naar de Banks Peninsula gereden dat op een oude vulkaan ligt. De eerste nacht sliepen we in Double Dutch, een hostel gerund door een Nederlands stel dat zo'n twintig jaar geleden in NZ is blijven plakken. Het dorpje, Okains Bay, ligt achterin verscholen op het schiereiland en dat maakte het hostel erg relaxed. Het was van alle gemakken voorzien en uiteraard waren we niet de enige Nederlanders die daar verbleven. Met twee Groningers die tijdens deze vakantie op NZ waren getrouwd en hun zoontje hebben we gegeten en de hele avond ouderwets hollands gepraat. Suf geluld zijn we daarna in een heerlijk bed gedoken met uitzicht op de tuin en schapen. Een paar tellen later zijn we helemaal uitgeslapen naar het volgende dorpje, Akaroa, gereden. Ooit zijn hier de Fransen als eerste aan wal gekomen en het had niet veel gescheeld of het was ´pas mal` in plaats van ´not bad` geworden. Aangezien het Hollands weer was zijn we lekker naar de film gegaan, (Farewell met bekende Servische acteur Emir Kusturica). Het glas wijn dat we daarna in een restaurant wilden gaan drinken (zonder eten, want dat was te duur) werd niet echt gewaardeerd, maar mede door een hostelgenoot die daar wat geld bijverdiende konden we toch blijven zitten. Het showbootje aan het plafond met de naam Passing Wind deed ons afvragen of ze de Franse Passaat bedoelden of het Engelse to cut the cheese.. Het Franse hosteltje leek op internet gezelliger dan het in werkelijkheid was, dus na het eten zijn we vroeg onder de wol gekropen.

Na de beste koffie van NZ in Lyttelton zijn we doorgereden naar Christchurch, vrij recentelijk nog getroffen door een aardbeving. In NZ moet je in principe altijd rekening houden met dit heftige natuurverschijnsel, maar als je ziet wat voor schade het kan aanrichten kun je je voorstellen dat je er eigenlijk nooit echt op voorbereid bent. We sliepen die avond in een oude gevangenis wat voor Sil haar eerste avond en voor Steph zijn tweede in de cel betekende. Was vrij comfortabel overigens. Doordat wij de rechterkant van het Zuidereiland namen kwamen we weer langs een thermische pool die er wederom beter uitzag op internet dan in het echt. Het was eigenlijk een grote Wilgenhoek (bekend zwembad uit Purmerend) met heel heet water en heel veel mensen. Op de vraag wat dit water met je doet konden de medewerkers geen antwoord geven, dus na een rondje door alle baden zijn we het terras opgedoken. Steph heeft 's avonds pannenkoeken gebakken (een poging gedaan met alle pannen die er te vinden waren). De volgende dag vroeg op om naar Kaikoura te rijden, zodat Steph met de dolfijnenboot mee kon. Hij stond op de wachtlijst en moest afwachten of er reserveringen niet kwamen opdagen. We waren ruim op tijd, maar dat mocht helaas niet baten. Ondanks de teleurstelling was de wandeling later langs de kust en de zeeleeuwen erg mooi. En 's middags konden we deze wegdrinken in het wereldberoemde Marlborough wijngebied. We hebben uiteindelijk gekozen voor het wijnestate Georges Michel (geen familie van) en na de proeverij een fles wijn en twee platters (pate en vis) besteld. Het betere genieten! De topnacht (filmpje en uitstekend geslapen) in Blenheim betekende helaas het einde van ons Zuidereiland avontuur, want de ferry naar Wellington vertrok de volgende dag. Dit is een briljante tocht door de Marlborough Sounds en een aanrader voor iedereen die naar NZ gaat!

Windy Wellington deed z'n naam eer aan en buiten zitten in de hoofdstad van NZ is een uitdaging. We moesten even zoeken naar een plekkie dat lekker voelde en in de haven hadden we dat gevonden. Eerst zagen we een paar pijlstaartroggen op een trailerhelling liggen rusten, daarna heeft Steph een paar halen op een ergometer van de lokale roeivereniging kunnen maken en uiteindelijk zaten we met onze glazen stevig in de handen op een mooi terras aan het water. Een dag bleek uiteindelijk meer dan genoeg hier, dus we waren blij dat we een dag later in de auto richting Lake Taupo zaten. Het was de bedoeling om daar een van de mooiste eendagstrekkings, de Tongariro, te doen. Helaas trok er dat moment een typhoon over het land, waardoor alle buitenactiviteiten werden afgelast en we hadden niet de flexibiliteit om te wachten op beter weer. Als vervanging zijn we onze yogaspieren weer gaan gebruiken (kostte Steph wat moeite, want die wilde in eigenlijk naar the Australian Open gaan kijken..) en naar de geniale flop The Tourist geweest (Ricky Gervais bij Golden Globes: It seemed like everything this year was three-dimensional. Except the characters in The Tourist.).

Rotorua was de volgende stop, omdat we daar een Maori performance wilden zien. Wentink Events zou z'n vingers erbij aflikken en het had ons niets verbaasd als Chantal Janzen en Stanley Burleson ook een rolletje hadden gehad. We hebben toen maar een flesje wijn gekocht en zijn dit in het park op gaan drinken. Steph had inmiddels in de Lonely Planet gelezen dat je ook in Mount Maunganui dolfijnen kunt zien en dit lag redelijk op onze route. Ondanks de onvolledige voorbereiding van Steph kwamen we toch op tijd bij de boot en de tocht was briljant. De hele ochtend lag de boot tussen de dolfijnen en een paar keer kon je met behulp van een constructie aan de boot in het water liggen. Ondanks dat de dolfijnen niet echt in de buurt kwamen was het een mooie ervaring. Sil heeft die ochtend lekker kunnen shoppen en in haar nieuwe aanwinst kwam ze Steph ophalen. Na twee uurtjes rijden kwamen we aan in Tairua waar we nieuwsgierig naar onze slaapplek voor die nacht gingen. Aangezien het nogal goedkoop was waren de verwachtingen niet al te hooggespannen, maar het bleek alles mee te vallen. Sterker nog, het was een van de beste plekken waar we verbleven op NZ. We hadden ons eigen huisje aan de oever van de rivier die elke getijdewisseling vol of leeg liep met zeewater. Onze overburen hadden een nogal uit de kluiten gewassen zoon van twee die alles wilde slopen wat in zijn zicht kwam, was wel een vermakelijk gezicht. De moeder uit Georgie wilde het liefst naar huis, in Europa welteverstaan.. De volgende dag zijn we einde ochtend naar de hotwater beach gereden, rekening houden met laag tij. Dat is het moment dat je op het strand als een Duitser kuilen kunt gaan graven die dan vollopen met heet grondwater. Net als in Zandvoort waren we niet de enigen en uiteindelijk lagen we met een Gronings stelletje in onze warme kuil. De omgeving was overigens weer briljant, zie foto´s.

Gaargekookt en na een tosti zijn we de auto ingestapt om naar de andere kant van het Noordereiland te rijden, richting Raglan. Dit plaatsje staat bekend om zijn uitstekende surfstranden en jaren geleden is hier de cultfilm ´Endless Summer` opgenomen. Het hostel waar we zaten, Raglan Backpackers, was gebouwd om een binnenplaats waar een jacuzzi stond, je in hangmatten kon relaxen of de BBQ gebruiken. Prima sfeertje in een heel ontspannen stadje. Enige minpuntje was dat er de dagen dat wij er waren geen golven waren, dus zijn we andere dingen gaan doen. We hebben een nieuw spel geleerd waarvan we durven te beweren dat het verslavend is. Steph is weer een beetje gaan hardlopen. We hebben een filmpje gekeken. Lekker ontspannen dus. Na Raglan ging de laatste etappe naar Auckland, de eerste stad die op een stad leek, waar we Brooke, een oud reismaatje van Sil, ontmoet hebben en een zeer gezellige avond in een Italiaans restaurant hebben gehad.

Na drie weken the Kiwi way waren we onder de indruk van de natuur, niet zo onder de indruk van de meeste dorpjes en steden en klaar voor Zuid-Amerika, De Sprong!

1 comment:

beerendsz said...

verdomme, dus als je lange lappen tekst wilt schrijven hoef je eigenlijk alleen maar een wereldreis te maken :)

nou ja, weet ik iig wat me te doen staat.

jullie zien er scherp uit trouwens, werkschuwe hippies ;)

geluk!